De Franse geopoliticoloog Dominique Moïsi zei dat de brand in de Notre Dame voor Macron op het juiste moment gekomen was. Hij was weer de verlosser, de ziener die het volk de ogen had willen openen.
Maar de geluiden waren al hier en daar te horen. Er werd gemord, luider en luider. Dat geld voor de Notre Dame wordt ons afgenomen, is ons geld, we worden bestolen. Dat geld had naar de daklozen, de gele hesjes moeten gaan. Zo werd de gedachte aan een wederopbouw van de Notre Dame hun symbool voor het onrecht aan het verguisde volk.
En er kwam de ommekeer. Om het oproer te beteugelen werd besloten dat het geld naar hen zou gaan en het was een week lang feest. Toen het volk ontwaakte uit zijn roes keek het om zich heen, zag dat het arm was als nooit tevoren, zag de afgebrande Notre Dame die nooit meer opgebouwd zou worden. De gele hesjes schreeuwden om wraak, om kruisiging van hem die het gedaan had, hun speeltje had willen afnemen.
Zo veranderde in deze Paasweek de verwoeste Notre Dame met het schip en de zijvleugels in het kruis waarop Frankrijk werd geofferd.